Zien is het vermogen van het visuele systeem om beelden te identificeren, te interpreteren en te begrijpen wat wordt waargenomen. Zien is een leerproces vergelijkbaar met leren spreken en lopen. Dit proces ontwikkelt zich vanaf de geboorte maar verloopt niet voor iedereen vlekkeloos. Het gebeurt regelmatig dat er stappen in dit visueel leerproces worden overgeslagen of niet worden voltooid.
De ogen vormen samen met de oogzenuwbanen en de visuele hersenen het visuele systeem. Het visuele systeem heeft complexe vertakkingen met andere zintuigen en lichaamsdelen. Voorbeelden hiervan zijn het gehoororgaan, evenwichtsorgaan, handen en voeten.
- Oog volgbewegingen: Het vermogen van de ogen om bewegende beelden gelijkmatig en accuraat te volgen.
- Fixatie: Het vermogen van de ogen om snel, gelijkmatig en accuraat een serie van voorwerpen op verschillende plaatsen te lokaliseren en vast te houden.
- Binoculair zien: Het vermogen van de ogen om gelijktijdig en gelijkmatig op hetzelfde object te fixeren en scherp te stellen.
- Gezichtsscherpte: Het vermogen van de ogen helder te kunnen waarnemen.
- Visualisatie: Het vermogen om je beelden voor te kunnen stellen.
- Visueel geheugen: Het vermogen om beelden op te slaan en weer terug te roepen.
- Scherpstelling: Het vermogen van de ogen om snel op verschillende afstanden scherp te stellen.
- Diepte zien: Het vermogen om afstanden en objecten in een drie dimensionale ruimte te beoordelen.
- Perifeer zien: Het vermogen om waar te nemen en te interpreteren wat er om je heen gebeurt terwijl je naar een bepaald punt kijkt.
Als eerder genoemde vaardigheden niet goed op elkaar afgestemd zijn of niet voldoende zijn ontwikkeld is het niet mogelijk om comfortabel en efficiënt waar te nemen zodat er visuele stress ontstaat. Deze stress kan de volgende klachten opleveren:
- Hoofdpijn: Vooral in de omgeving van de ogen en bij het voorhoofd, soms bij het achterhoofd en de nek.
- Dubbelzien: Objecten worden twee keer waargenomen of er verschijnen soms schaduwranden aan lampen of letters.
- Verminderde lees capaciteit: Plaats verliezen bij het lezen. Regels of woorden opnieuw moeten lezen. Letter omkeringen.Moeite om wat is gelezen te begrijpen, te onthouden en te reproduceren.
- Vermoeide ogen: Rode, branderige of jeukende ogen vaak aan het einde van een dag.Lichaamsspanning of pijn in de nek streek.
* Beeld onderdrukking: Informatie van één oog wordt onderdrukt of genegeerd om dubbelzien te vermijden.
Dit is dan ook de reden dat de meeste van bovengenoemde klachten worden veroorzaakt door werkzaamheden binnen armlengte afstand.
Als het visuele systeem zich niet goed ontwikkelt belemmert dit vaak ook de ontwikkeling van fijn en grof motorische vaardigheden. Dit kan zich uiten in onhandigheid, onopmerkzaamheid en slecht handschrift.
Door middel van een optometrisch onderzoek kan worden vastgesteld of er sprake is van functionele visuele stoornissen.
Onderdelen van dit onderzoek zijn een 21- puntentest, prestatie testen van visuele vaardigheden en onderzoek van oog-hand coördinatie.
Het trainingsprogramma duurt in de meeste gevallen 12 tot 20 weken.
1 x maal per 1 of 2 weken wordt er gedurende 60 minuten in de praktijkruimte getraind.
De dagelijkse thuisoefeningen nemen ± 15 minuten in beslag.
Tijdens en na het trainingsprogramma worden de vorderingen gemeten en doorgesproken.
Functionele optometrie of ontwikkelingsoptometrie houdt zich bezig met de wetenschap van het zien. Functionele optometrie is de wetenschap die het zien beschouwt als een leerproces dat zich voltrekt tijdens de ontwikkeling, net zoals leren lopen zo’n proces is. Tijdens deze ontwikkeling kunnen zich moeilijkheden voordoen. De functioneel optometrist is erin gespecialiseerd dit proces te evalueren en – bij moeilijkheden – te begeleiden om zo de ontwikkeling te stimuleren en te optimaliseren. Functionele optometrie beschouwt het zien als een dynamische functie. Allerlei invloeden, zoals omgevingsfactoren en professionele omstandigheden kunnen aanpassingen in het visuele systeem teweeg brengen, waardoor visuele problemen kunnen ontstaan. In dit geval gaat de functioneel optometrist op zoek naar de meest comfortabele en efficiënte oplossing. Functionele optometrie ziet de cliënt als een persoon in z’n totaliteit en het visueel probleem als een deel ervan. De functioneel optometrist zal via visuele training en/of optische hulpmiddelen visuele problemen trachten te verhelpen of te ondersteunen. De functioneel optometrist helpt u om uw visueel potentieel maximaal te benutten. Hij zoekt samen met u naar het grootst mogelijke visuele comfort in combinatie met de grootst mogelijke visuele efficiëntie.
– Kinderen op elke leeftijd in hun ontwikkeling van baby tot peuter tot kleuter tot schoolkind, maar zeker bij de start van de
schoolloopbaan.
Voor hen is een functioneel optometrische screening beslist nuttig.
– Kinderen met lees- en leermoeilijkheden en kinderen waarvan aangevoeld wordt dat ze op vlak van schoolse prestaties
onder hun potentieel presteren, vaak ondanks normale aanleg.
– Kinderen met concentratiemoeilijkheden
Wanneer een oog lui is of beide ogen slecht samenwerken
– Indien de persoon last heeft van een minder goed zicht vanwege bijziendheid, verziendheid of astigmatisme.
Voor wie is een visuele screening aan te raden:
Iedereen(zowel kinderen als volwassenen) die dagelijks langere tijd achter een beeldscherm werkt. Iedereen(zowel kinderen als volwassenen)die een visueel eisende baan heeft. Wanneer je het gevoel hebt oncomfortabel te zien.
Iedereen die last heeft van klachten als:
– branderige ogen
– hoofdpijn
– lichtgevoeligheid
– wazig zicht
– concentratieverlies
– algemene visuele vermoeidheid
– sporters die hun prestaties willen optimaliseren.
Ruim 70 % van alle informatie die we tot ons krijgen, bereikt ons via de ogen. Optimaal zien is dus een voorwaarde voor goede (school)prestaties. Niet optimaal zicht kan o.a. de volgende klachten veroorzaken;
– Lezen beneden niveau
– Begrijpend lezen zwak
– Moeilijkheden met woordherkenning
– Draait letters of woorden om
– Draait cijfers of getallen om Kan (huis)werk niet of moeilijk in afgesproken tijd afkrijgen, doet daarom
– 1,5 uur over 30 min. huiswerk
– Maakt teveel fouten bij het overschrijven van bord naar papier
– Gebruikt tijdens lezen vinger of hulpmiddel
– Slaat woorden / letters over
– Klagen over wazig beeld tijdens lezen/ schrijven of na opkijken
– Klagen over hoofdpijn tijdens visuele bezigheden
– Klagen over wazig zien en/ of soms dubbelzien
– Vermoeid zijn na visuele concentratie
– Klagen over toename hoofdpijn bij meer drukte
– Klagen over brandende, pijnlijke of vermoeide ogen tijdens lezen en / of beeldschermwerk
– Jeukende, knipperende of tranende ogen
– Moeilijk kijken, fronzen en hoofd schuin houden tijdens visuele bezigheden
– Vermijden werk voor dichtbij (bijv. lezen / schrijven)
– Korte concentratietijd, snel afgeleid of dagdroomt veel
– Is “klungelig”, gooit te vaak, per ongeluk, spullen om
– Moeite met afstand schatten, snelle bewegingen
Het ZIEN is, net als bijvoorbeeld lopen en springen, een proces dat je leert door het vaak te doen. Om optimaal te kunnen ZIEN komen de volgende visuele vaardigheden aan de orde:
Scherpstelling:
om op lees- en schrijfafstand scherp te kunnen zien en om snel te kunnen wisselen van veraf naar dichtbij en andersom (overschrijven van het bord). Een goed en soepel accommodatie vermogen is hierbij vereist.
Oogvolgbewegingen:
om de woorden in een regel soepel te kunnen volgen zonder ze te veranderen of over te slaan. Ook om van het einde van de ene regel naar het begin van de volgende regel te kunnen kijken, zonder een regel over te slaan of dezelfde opnieuw te lezen.
Fixatievermogen:
om de ogen lang genoeg op één punt gericht te houden zodat de binnenkomende visuele informatie de tijd krijgt om goed opgenomen te worden.
Oogsamenwerking:
om rustig en enkelvoudig te zien met zo weinig mogelijk inspanning en voldoende reserve. Ook om goed diepte en afstand te kunnen inschatten.
Oog-handcoördinatie:
om netjes op de regels te schrijven in een leesbaar handschrift en om bepaalde sporten goed uit te kunnen oefenen.
Fusionele reserves:
om gedurende langere tijd de ogen goed te laten samenwerken met zo weinig mogelijk onnodige inspanning.
Visueel geheugen en perceptuele visuele vaardigheden:
Om goed te onthouden wat je hebt gezien (bijv. bij overschrijven schoolbord) en om de binnenkomende visuele informatie in de hersenen goed samen te laten werken met informatie van andere zintuigen voor een optimale bewuste waarneming.
Dieptezien:
om een stereoscopisch beeld verkrijgen door de beelden van het rechter- en het linkeroog perfect te laten samensmelten. Wat is functionele optometrie?